Kopt, doe rustig aan, 't is warm, sprak hij haar aan.
Zij hield mij staande, ook daaraan.
Het komt door vocht, met zwaar accent.
We bakken ze door en door, bruin. Kalm, ik heb de tijd,
althans ik neem het ervan. En in een adem daaraan
toegevoegd, vroeg ik hem; waar vandaan?
Egypte, 20 jaar. Zo! En? Heimwee, nu de boel
daar aan het veranderen is? Nee, helemaal niet,
in bijna smetteloos Nederlands, de prijs
€3,80 "met". Ok, ik neem 't mee. Nee,
mijn ouders komen wel eens per jaar. 't is kil
in dit klimaat, zelfs in de zomer zijn winterjassen
nog te koud hier. Maar daar liggen ze zwaar onder vuur.
Ik blijf hier, eigen baas en eigen geloof, ' t is goed
zo. Maar oude bomen bewortelen slecht, zelfs op goede grond,
hij is 89. Maar komt voor zichzelf en mijn moeder
goed op en rond. De voorzieningen zijn slecht,
maar het is ook hun land. Ja, zelfs zonder Moebarak,
klaart het niet, blijft de lente nog wat achter
bij de hete zomer voor ons. Hij glimlachte
toen ik ook nog zei, inderdaad al 2500 jaar
zitten jullie christenen al daar, nakomelingen
van Mozes, toch. Jij weet er alles van. Ik dacht,
verdomde westerling. Zelfs in zijn zaak de halve waarheid
weer, ik weer! Hij deed terloops een schep of twee extra
in m'n zak, 't is goed. Tot de volgende keer.
Zij, Aziaat staarde me verwonderd na. Slecht
voor me hart, maar beter hier dan daar.
Uit niets blijkt mijn gelijk.
Over mij
- ®
- Als ik later dood ben wil ik dichterlijk zijn: Hemelsblauw verdichten in deze lijnen tot nagelwitte strepen. Los weer in de hoogte op vanuit het niets tot onvergankelijk leven. Tot dan toe leef ik me in de regel uit.