Uit niets blijkt mijn gelijk.

07 september 2012

In dit voorbij gaan

stonden leeg gerande akkers waar jongens zich te buiten gingen in luid gericht lawaai. Ze spraken zwerfvuil af en lieten sporen verdienen aan nalaten wat zichtbaar was. Ze roken volwassenheid in leegte van het manifest waarmee zoveel brandstof wordt vermengd tot dat ze nog slechts gelijk de ouderen uitlaatgassen zijn.

De straten uit verdween licht in zachte bries van eerder vallend blaadje dat weg ritselt over bleek rosé klinkers, waar struikelend nog wat geluid verdwaalt. Het is nu, daar spreekt een echo die uit steeg boven de verwachting uit. Er werd iets aangestoken dat vensters uitbeeldde in slooppandjes waarin mensen stonden. Sprekend tegen de steigers en de stutten aan met vuile was behangen in flets gemaakte indrukken van de verdere lege ruimte was een doehetzelver klaargekomen.

De kruispunten werden gemaakt daar worden rondom haaientanden ingezet uit veiligheidsoverwegingen. Ik kwam in beeld en stak daar rustig over. Kwam zowaar
de overzijde over en inzicht, uitkijkend op de oosterstraat waarin ik verdween.

Huizenhoog staan woonkamers mensen te kleineren. De notaris makelaarde wat in schaalmodeltjes in elkaar met verlijmen van een dorpsgezicht waarmee ik glimlachte. Hier en daar was enkel glas op deze late zomeravond wat beslagen. Veelal was een flat screen uitgerust voor plat vermaak. De dode slager had zijn reclamebord verwijderd waarop een geslacht varken zich verhangen had tot doodskop.

Iemand, een jonge vrouw, beende smakeloos verkleed met blote schouders haar vuilnis uit de uithoeken op de stoeprand en slipperde wat hoerig kijkend naar de keerzijde waar ik overging.
Ze knikte vermanend naar de hond die er op vooruit ging en droop verder af haar engte in die uitpuilend was.

Er brak een jong mens door de gevel van achter het behang hij had schoongenoeg ervaren als voldoening naar een zelfvervolmaking van een oud pandje aan de spoorstraat. Een gele schuur, belendend genoeg om naar te staren was halfaf, dat mocht niet deren. De knaap ging gewoon renoveren tot er een kind in past. Bezwangerd door deze gedachte kwam een jonge vrouw te voorschijn, ze nam afscheid voor even.

Een boekenwand viel op door de ramen . De trap loog er niet om, het is hoog en vrijwel uitgelezen een plek om bij stil te staan. Buitenlangs bij de kozijnen sprak de magnolia me aan, "ik ga naar de knoppen". De winterschilder is vroeg dit jaar. De huiseigennaardigheden zijn samengebracht rond de schoorsteenvegersgarnituur, er was een drinkgelag binnen gaande dus niemand had in de gaten hoe uit de handgelopen alles was. Groteske wilgen treurde boven water over de knotten naast de woonsteeopgang van dit gerief dat ook iets met spoorzicht had.

Uiteindelijk was de bestemming er goed in geslaagd te voltooien nabij een fietsenrek van moderne snit naast een doorschijnende behuizing voor een kat die met drie poten genoegen nam. Er vertrok geen trein van dit tijdstip, ik maakte daar een punt van. Bewierookte graanvelden lichtte goudgeel op al was het nog slechts een stoppelveld. Het slot ontsloot en bleek kapot omdat de sleutel vreemd brak bij tijdens de ontsluiting ik ging verlicht nu spoorslag huiswaarts door dezelfde straten waarlangs lopend alles anders scheen.

Over mij

Mijn foto
Als ik later dood ben wil ik dichterlijk zijn: Hemelsblauw verdichten in deze lijnen tot nagelwitte strepen. Los weer in de hoogte op vanuit het niets tot onvergankelijk leven. Tot dan toe leef ik me in de regel uit.

Volgers

Blogarchief