Uit niets blijkt mijn gelijk.
25 april 2009
Doordrenkt
2666, Mateloos overschat drama van bloedbaden waar geilheid geen pap van lust. Het middendeel geeft vuile handen met iedere bladzijde die het omslaat."Het deel van de misdaden" is misplaatst zo genoemd terwijl het feitelijk gaat om een platvloerse opsomming van moorden. Schets van een samenleving op de rand van de welvaartstaat? Daar waar alles bedacht wordt "geassembleerd voor de westerse samenleving? Ach ieder jaarverslag van de afdeling zedendelicten maakt het rooskleuriger en meer apetijtelijk dan dit hoofdstuk. Men wenst zich een corrupt politieapperaat dat bol staat van de mannelijke stijve leden en hup de vooroordelen staan in de rij om te begrijpen waarom oplossingen omtrent kutstreken en vuilnisbelten met ingeknepen strottenhoofden geen antwoord krijgen. Verveeld over weer een vermoorde vrouw keer je de bladzijde naar een volgende lijkreden. Bolaño maakt er niet veel van, meer dan platte neukpartijen met vermoedelijk een snufje cocaine. Een bladzijde is voldoende om de spinoff van onze leefstijl in de weerslag van de walgelijke puinhopen waarop wij de wanhopen aan de randen van onze welvaart laten voortwoekeren in doorleven.
18 april 2009
vrienden
Ze waren vrienden van dezelfde leest, beminden samen in die geest een vrouw die gemeenschappelijk hun vriendschap deelden.
Ze vlogen gedrieën heen en weer en overzagen zonder meer de vriendschappen die hen deelden.
Zo stonden zij ervoor, zonder enig verhaal bekend met het lot dat hun beschoor, ze konden er goed gescheiden levend van elkaar mee door.
Daags na elkaar kwam zelden voor, meer dan in het samen zijn. Zij beseften des temeer dat samen in gedrieën zijn geen pas hield met wat ze voorstonden; een levensechte band van velen, zonder opsmuk met warm onthaal.
Uiteindelijk werd het spit toch gedolven en bleek niets bestand met wat zij voorstonden en werd de vrijheid van het samenzijn ontbonden in slechts één gelofte.
Ze vlogen gedrieën heen en weer en overzagen zonder meer de vriendschappen die hen deelden.
Zo stonden zij ervoor, zonder enig verhaal bekend met het lot dat hun beschoor, ze konden er goed gescheiden levend van elkaar mee door.
Daags na elkaar kwam zelden voor, meer dan in het samen zijn. Zij beseften des temeer dat samen in gedrieën zijn geen pas hield met wat ze voorstonden; een levensechte band van velen, zonder opsmuk met warm onthaal.
Uiteindelijk werd het spit toch gedolven en bleek niets bestand met wat zij voorstonden en werd de vrijheid van het samenzijn ontbonden in slechts één gelofte.
08 april 2009
Door de bank genomen
Om klaar te komen met bankzaken dient men slechts schuldbekentenissen.
Kluisen waarin opgeslagen koud metaal de passie preekt, holten zonder ruimte voor het geven daarvan.
Iedere behoefte wordt geledigd met de wens die in die nis misplaatst wordt weggezet.Vervuld geen enkele rol dan optekenen van lasten, worden kerfstokken weergegeven.
Uiteindelijk treft men altijd weer tot slot, waar geen sleutel meer op past, die loper wil gaan spelen om voor één gat te vangen is. Men wenst zich daarvoor uit voor het geslachtsdeel te blijven spelen dat, hoe vrouwelijk ook, begeringswaardig geld de rol speelt die geen liefde vindt in het beminnen.
Kluisen waarin opgeslagen koud metaal de passie preekt, holten zonder ruimte voor het geven daarvan.
Iedere behoefte wordt geledigd met de wens die in die nis misplaatst wordt weggezet.Vervuld geen enkele rol dan optekenen van lasten, worden kerfstokken weergegeven.
Uiteindelijk treft men altijd weer tot slot, waar geen sleutel meer op past, die loper wil gaan spelen om voor één gat te vangen is. Men wenst zich daarvoor uit voor het geslachtsdeel te blijven spelen dat, hoe vrouwelijk ook, begeringswaardig geld de rol speelt die geen liefde vindt in het beminnen.
07 april 2009
niets meer minder
Ik wil niet meer kijken naar wat ik zie, maar zien met wat ik voel. Het innerlijk oog dat in mij leeft vraagt steeds meer licht. Verblind daardoor kom ik haast om met wat ik stom genoeg waarneem zonder waar te nemen; in vragende zin met waarheid vinden in tegenlicht. Loop daardoor zo langzamerhand uit de hand met opvallend te kijk gezet mezelf tegen het lijf te lopen dat steeds minder ziet hoe het loopt met tegenzitten. Waar mijn waarnemingsvermogen zich tegen verzet.
05 april 2009
Wie niet goed snikt moet kwaadsnik worden
Het klopt op ruim 10 meter afstand zo te horen, hoe goed gebekt de specht zijn snavel scherpt voor dovemansoren. Oorverdovend al het gevleugelde, niets ontziend ontstolen aan de winteravonden. Nog een schooltje meeuwen bovenover met langszij een koolmees even goed met mist omgeven. Van alle toonhoogten verschoond bleef ik even steken in ontluisterend groen.
Gelijk een voorjaarstuin ontdaan van in de knop geschoten bloesemstruiken. Ontgraven door een onverlaat voor een tegelpad. Doodgemoedereerd na jaren zorgzaam snoeibeurten weergegeven, nu, uitstekend zij aan zij uitgestoken door diezelfde hand. Uitgebloeid in een nieuwe zinssnede voor het bestaan.
Zo hard versteldstaand was ik nabij de grijsomhullende onzekerheid van 'het waar zijn'. Zo gesteld een niet in te lossen schuldvraag.Ik boette dan ook in tot een besef van eeuwigheidswaarde: vergankelijk als de vogelpest. Altijd overal opgeslagen plaag. Het is dan ook maar een vraag wie terecht doet aan gesnavel van het struikgewas waar op de loer het gevaar lag van een legsel uitgebroed gevogelte.
Even verder snaterden de kauwenkolonie bij't ontwaken dat er niets aan de hand was bij het leeghalen van een vierkant oppervlak. Te klein om te verhalen hoe gelukkig ik nu wel was te weten dat aanpalend zoveel elsen het klaarspeelden tot bos in staat te zijn.
Gelijk een voorjaarstuin ontdaan van in de knop geschoten bloesemstruiken. Ontgraven door een onverlaat voor een tegelpad. Doodgemoedereerd na jaren zorgzaam snoeibeurten weergegeven, nu, uitstekend zij aan zij uitgestoken door diezelfde hand. Uitgebloeid in een nieuwe zinssnede voor het bestaan.
Zo hard versteldstaand was ik nabij de grijsomhullende onzekerheid van 'het waar zijn'. Zo gesteld een niet in te lossen schuldvraag.Ik boette dan ook in tot een besef van eeuwigheidswaarde: vergankelijk als de vogelpest. Altijd overal opgeslagen plaag. Het is dan ook maar een vraag wie terecht doet aan gesnavel van het struikgewas waar op de loer het gevaar lag van een legsel uitgebroed gevogelte.
Even verder snaterden de kauwenkolonie bij't ontwaken dat er niets aan de hand was bij het leeghalen van een vierkant oppervlak. Te klein om te verhalen hoe gelukkig ik nu wel was te weten dat aanpalend zoveel elsen het klaarspeelden tot bos in staat te zijn.
Abonneren op:
Posts (Atom)
Over mij
- ®
- Als ik later dood ben wil ik dichterlijk zijn: Hemelsblauw verdichten in deze lijnen tot nagelwitte strepen. Los weer in de hoogte op vanuit het niets tot onvergankelijk leven. Tot dan toe leef ik me in de regel uit.